Lieve schipper vaar mij over
Uit het Frans & Toonzetting : Anton Greefkes
Lieve schipper vaar mij over
vaar naar gindse dorp mij heen
ik zal u dit halssnoer geven
en die kostelijke steen.
Lieve schone vaar niet over
Voor dit halssnoer en die steen
Vaar voor zulke kleinigheden
u naar gindse dorp niet heen
Lieve schipper vaar mij over
Geef u nog een gouden ring
En ik weet een aardig liedje
dat ik onder ‘t varen zing
Lieve schone voor geen ringen
voor geen halssnoer, voor geen lied
Neen voor zulke kleinigheden
Vaart gij in mijn schuitje niet
Lieve schipper vaar mij over
geef u al wat u behaagd
En ik zal u alles geven
wat u in uw goedheid vraagt.
Laat me dan een kusje geven
Op uw rozerode mond,
voor een kusje lieve schone
Vaar ik heel de wereld rond
Arme meisje stond verlegen
Sloeg haar ogen blozend neer
Gloeiend rood verkleurde ”t blozen
Zachtjes zonk zij in zijn armen
En zij zuchtte menig keer
Arme meisje stond verlegen
Sloeg haar ogen blozend neer
Zachtjes zonk zij in zijn arme
En zij kusten telkens weer
Zachtjes woei de wind de zeilen
En het scheepje zeilde voort
meisje zong een aardig deuntje
en de schipper zong ‘t accoord
Beiden zijn nu saamgestrengeld
door de banden van de min
Want het schalkse Cupidootje
trad met hen het schuitje in